dinsdag 9 december 2014

1. Voorbeeld: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.

10 september 2014:
Ik ga graag naar cabaretvoorstellingen, maar die zijn wel snel uitverkocht...
Ook ga ik graag naar de film, maar dat is weer zo lastig plannen, omdat je pas kort van tevoren weet wat er draait.
Eigenlijk zou ik het ook wel leuk vinden om iets te doen met een discipline die niet echt tot de kunst met een grote K behoort, street art of zo...

2. Voorbeeld: vaststelling van het onderwerp


Uiterlijk in de loop van periode 2 (liefst eerder!) moet je je definitieve onderwerp hebben vastgesteld. Zorg ervoor dat je onderwerp niet te algemeen of te vaag is, maar zo precies mogelijk.

24 oktober 2014:

Ik weet het! Mijn onderwerp wordt: Graffiti, kunst of vandalisme?

3. Voorbeeld: onderzoeksvragen

Als je eenmaal je onderwerp hebt vastgesteld, ga je een of meer onderzoeksvra(a)g(en) stellen. Wat wordt je centrale onderzoeksvraag? (bijv. Zijn de werken van Jeff Koons kunst of kitsch? / Is graffiti kunst of vandalisme? / Waarom raken mensen ontroerd door het werk van Rothko? / Wat is het effect van muziek bij film? / …) Welke nevenvragen wil je stellen? 

18 november 2014:

Hoofdvraag: Is graffiti kunst of vandalisme?

nevenvragen:
- Wat vinden omwonenden ervan?
- Welke criteria leg je aan om te bepalen of het kunst is of niet?
- Is graffiti nog wel graffiti wanneer het in een museum belandt?

Heeft iemand anders misschien nog goede suggesties?

4. Voorbeeld: culturele activiteiten

Welke culturele activiteiten ga je ondernemen voor je meesterproef? Noteer hier welke voorstellingen je gaat bezoeken (vertel wanneer je ze gereserveerd hebt) en/of welke andere activiteiten je gaat uitvoeren (bijv. wandeling langs gebouwen, beeldenroute, bezoek modeshow, …). Je kunt ook een korte impressie geven van wat je gezien of gedaan hebt.  

7 december 2014:

Ik ga komend weekend op de fiets door Rotterdam rijden op zoek naar mooie (en minder mooie) voorbeelden van graffiti 

20 december 2014:

A.s. dinsdag ga ik de film "Exit through the giftshop" bekijken over de graffitikunstenaar Banksy en in de kerstvakantie ga ik naar een tentoonstelling over street art in Galerie Mama in Rotterdam.



5. Voorbeeld: onderzoek vooraf

Ga nu eerst op zoek naar informatie die nuttig is ter voorbereiding van je meesterproef. Hierbij kun je denken aan websites van het toneel/dans/cabaretgezelschap dat je gaat bezoeken, recensies van de voorstellingen die je gaat bezoeken, informatie over een architect/kunstenaar of over de betreffende kunstdiscipline. Noteer hier minimaal de (precieze!) links (dus niet: wikipedia of zo) die je hebt bezoekt en geef liefst ook aan wat voor informatie je er gevonden hebt. Stel zonodig je onderzoeksvragen bij naar aanleiding van wat je gevonden hebt.    

Ik heb nuttige informatie gevonden op de volgende sites:

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/kunst/48361-is-graffiti-kunst-of-vandalisme.html

http://www.haagsgraffitiplatform.nl/gallery/50/ (Haagse graffiti artist die exposeert! ga ik ook kijken)

http://nl.wikipedia.org/wiki/Banksy


6. Voorbeeld: onderzoeksvorm en presentatie

Noteer hier hoe je je onderzoek gaat uitvoeren en presenteren. Ga je bijvoorbeeld het publiek en/of de kunstenaar interviewen? Ga je een workshop volgen? Ga je een powerpoint of prezi tonen of maak je liever een documentaire? Wil je met de klas een locatie bezoeken (heel tijdig aangeven!)? Ga je een maquette bouwen of een expositie houden?   

11 januari 2015:

Ik wil een korte documentairefilm maken. Ik heb twee maanden geleden al filmopnames gemaakt van graffiti in Rotterdam tijdens mijn fietstocht. 
Ik ga binnenkort terug naar sommige plekken om mensen ter plekke te interviewen en te vragen wat ze vinden van de graffiti.
Verder ga ik proberen wat fragmenten uit Banksy en andere fragmenten in mijn film te verwerken.

7. Voorbeeld: vragen

Heb je ondanks al het bovenstaande nog gerichte vragen aan je docent? Zit je nog te twijfelen tussen verschillende opties en heb je behoefte aan advies? Stel dan hier je vragen. 

2 maart 2015:

Over drie weken heb ik mijn meesterproefpresentatie. Ik weet eigenlijk niet goed hoe ik fragmenten uit andere films in mijn documentairefilm moet monteren. Weet u misschien iemand die me daarbij kan helpen?

1. Amber en Fenne: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.

2. Amber en Fenne: vaststelling van het onderwerp


Uiterlijk in de loop van periode 2 (liefst eerder!) moet je je definitieve onderwerp hebben vastgesteld. Zorg ervoor dat je onderwerp niet te algemeen of te vaag is, maar zo precies mogelijk.

3. Amber en Fenne: onderzoeksvragen

Als je eenmaal je onderwerp hebt vastgesteld, ga je een of meer onderzoeksvra(a)g(en) stellen. Wat wordt je centrale onderzoeksvraag? (bijv. Zijn de werken van Jeff Koons kunst of kitsch? / Is graffiti kunst of vandalisme? / Waarom raken mensen ontroerd door het werk van Rothko? / Wat is het effect van muziek bij film? / …) Welke nevenvragen wil je stellen?   

4. Amber en Fenne: culturele activiteiten

Welke culturele activiteiten ga je ondernemen voor je meesterproef? Noteer hier welke voorstellingen je gaat bezoeken (vertel wanneer je ze gereserveerd hebt) en/of welke andere activiteiten je gaat uitvoeren (bijv. wandeling langs gebouwen, beeldenroute, bezoek modeshow, …). Je kunt ook een korte impressie geven van wat je gezien of gedaan hebt.    

5. Amber en Fenne: onderzoek vooraf

Ga nu eerst op zoek naar informatie die nuttig is ter voorbereiding van je meesterproef. Hierbij kun je denken aan websites van het toneel/dans/cabaretgezelschap dat je gaat bezoeken, recensies van de voorstellingen die je gaat bezoeken, informatie over een architect/kunstenaar of over de betreffende kunstdiscipline. Noteer hier minimaal de (precieze!) links (dus niet: wikipedia of zo) die je hebt bezoekt en geef liefst ook aan wat voor informatie je er gevonden hebt. Stel zonodig je onderzoeksvragen bij naar aanleiding van wat je gevonden hebt.   

6. Amber en Fenne: onderzoeksvorm en presentatie

Noteer hier hoe je je onderzoek gaat uitvoeren en presenteren. Ga je bijvoorbeeld het publiek en/of de kunstenaar interviewen? Ga je een workshop volgen? Ga je een powerpoint of prezi tonen of maak je liever een documentaire? Wil je met de klas een locatie bezoeken (heel tijdig aangeven!)? Ga je een maquette bouwen of een expositie houden?    

7. Amber en Fenne: vragen

Heb je ondanks al het bovenstaande nog gerichte vragen aan je docent? Zit je nog te twijfelen tussen verschillende opties en heb je behoefte aan advies? Stel dan hier je vragen.    

1. Annemijn: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.

2. Annemijn: vaststelling van het onderwerp


Uiterlijk in de loop van periode 2 (liefst eerder!) moet je je definitieve onderwerp hebben vastgesteld. Zorg ervoor dat je onderwerp niet te algemeen of te vaag is, maar zo precies mogelijk.

3. Annemijn: onderzoeksvragen

Als je eenmaal je onderwerp hebt vastgesteld, ga je een of meer onderzoeksvra(a)g(en) stellen. Wat wordt je centrale onderzoeksvraag? (bijv. Zijn de werken van Jeff Koons kunst of kitsch? / Is graffiti kunst of vandalisme? / Waarom raken mensen ontroerd door het werk van Rothko? / Wat is het effect van muziek bij film? / …) Welke nevenvragen wil je stellen?   

4. Annemijn: culturele activiteiten

Welke culturele activiteiten ga je ondernemen voor je meesterproef? Noteer hier welke voorstellingen je gaat bezoeken (vertel wanneer je ze gereserveerd hebt) en/of welke andere activiteiten je gaat uitvoeren (bijv. wandeling langs gebouwen, beeldenroute, bezoek modeshow, …). Je kunt ook een korte impressie geven van wat je gezien of gedaan hebt.    

5. Annemijn: onderzoek vooraf

Ga nu eerst op zoek naar informatie die nuttig is ter voorbereiding van je meesterproef. Hierbij kun je denken aan websites van het toneel/dans/cabaretgezelschap dat je gaat bezoeken, recensies van de voorstellingen die je gaat bezoeken, informatie over een architect/kunstenaar of over de betreffende kunstdiscipline. Noteer hier minimaal de (precieze!) links (dus niet: wikipedia of zo) die je hebt bezoekt en geef liefst ook aan wat voor informatie je er gevonden hebt. Stel zonodig je onderzoeksvragen bij naar aanleiding van wat je gevonden hebt.    

6. Annemijn: onderzoeksvorm en presentatie

Noteer hier hoe je je onderzoek gaat uitvoeren en presenteren. Ga je bijvoorbeeld het publiek en/of de kunstenaar interviewen? Ga je een workshop volgen? Ga je een powerpoint of prezi tonen of maak je liever een documentaire? Wil je met de klas een locatie bezoeken (heel tijdig aangeven!)? Ga je een maquette bouwen of een expositie houden?    

7. Annemijn: vragen

Heb je ondanks al het bovenstaande nog gerichte vragen aan je docent? Zit je nog te twijfelen tussen verschillende opties en heb je behoefte aan advies? Stel dan hier je vragen.    

1. Charlie: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.

2. Charlie: vaststelling van het onderwerp


Uiterlijk in de loop van periode 2 (liefst eerder!) moet je je definitieve onderwerp hebben vastgesteld. Zorg ervoor dat je onderwerp niet te algemeen of te vaag is, maar zo precies mogelijk.

3. Charlie: onderzoeksvragen

Als je eenmaal je onderwerp hebt vastgesteld, ga je een of meer onderzoeksvra(a)g(en) stellen. Wat wordt je centrale onderzoeksvraag? (bijv. Zijn de werken van Jeff Koons kunst of kitsch? / Is graffiti kunst of vandalisme? / Waarom raken mensen ontroerd door het werk van Rothko? / Wat is het effect van muziek bij film? / …) Welke nevenvragen wil je stellen?   

4. Charlie: culturele activiteiten

Welke culturele activiteiten ga je ondernemen voor je meesterproef? Noteer hier welke voorstellingen je gaat bezoeken (vertel wanneer je ze gereserveerd hebt) en/of welke andere activiteiten je gaat uitvoeren (bijv. wandeling langs gebouwen, beeldenroute, bezoek modeshow, …). Je kunt ook een korte impressie geven van wat je gezien of gedaan hebt.   

5. Charlie: onderzoek vooraf

Ga nu eerst op zoek naar informatie die nuttig is ter voorbereiding van je meesterproef. Hierbij kun je denken aan websites van het toneel/dans/cabaretgezelschap dat je gaat bezoeken, recensies van de voorstellingen die je gaat bezoeken, informatie over een architect/kunstenaar of over de betreffende kunstdiscipline. Noteer hier minimaal de (precieze!) links (dus niet: wikipedia of zo) die je hebt bezoekt en geef liefst ook aan wat voor informatie je er gevonden hebt. Stel zonodig je onderzoeksvragen bij naar aanleiding van wat je gevonden hebt.    

6. Charlie: onderzoeksvorm en presentatie

Noteer hier hoe je je onderzoek gaat uitvoeren en presenteren. Ga je bijvoorbeeld het publiek en/of de kunstenaar interviewen? Ga je een workshop volgen? Ga je een powerpoint of prezi tonen of maak je liever een documentaire? Wil je met de klas een locatie bezoeken (heel tijdig aangeven!)? Ga je een maquette bouwen of een expositie houden?    

7. Charlie: vragen

Heb je ondanks al het bovenstaande nog gerichte vragen aan je docent? Zit je nog te twijfelen tussen verschillende opties en heb je behoefte aan advies? Stel dan hier je vragen.   

1. David: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.

2. David: vaststelling van het onderwerp


Uiterlijk in de loop van periode 2 (liefst eerder!) moet je je definitieve onderwerp hebben vastgesteld. Zorg ervoor dat je onderwerp niet te algemeen of te vaag is, maar zo precies mogelijk.

3. David: onderzoeksvragen


Als je eenmaal je onderwerp hebt vastgesteld, ga je een of meer onderzoeksvra(a)g(en) stellen. Wat wordt je centrale onderzoeksvraag? (bijv. Zijn de werken van Jeff Koons kunst of kitsch? / Is graffiti kunst of vandalisme? / Waarom raken mensen ontroerd door het werk van Rothko? / Wat is het effect van muziek bij film? / …) Welke nevenvragen wil je stellen?

4. David: culturele activiteiten

Welke culturele activiteiten ga je ondernemen voor je meesterproef? Noteer hier welke voorstellingen je gaat bezoeken (vertel wanneer je ze gereserveerd hebt) en/of welke andere activiteiten je gaat uitvoeren (bijv. wandeling langs gebouwen, beeldenroute, bezoek modeshow, …). Je kunt ook een korte impressie geven van wat je gezien of gedaan hebt.   

5. David: onderzoek vooraf

Ga nu eerst op zoek naar informatie die nuttig is ter voorbereiding van je meesterproef. Hierbij kun je denken aan websites van het toneel/dans/cabaretgezelschap dat je gaat bezoeken, recensies van de voorstellingen die je gaat bezoeken, informatie over een architect/kunstenaar of over de betreffende kunstdiscipline. Noteer hier minimaal de (precieze!) links (dus niet: wikipedia of zo) die je hebt bezoekt en geef liefst ook aan wat voor informatie je er gevonden hebt. Stel zonodig je onderzoeksvragen bij naar aanleiding van wat je gevonden hebt.    

6. David: onderzoeksvorm en presentatie

Noteer hier hoe je je onderzoek gaat uitvoeren en presenteren. Ga je bijvoorbeeld het publiek en/of de kunstenaar interviewen? Ga je een workshop volgen? Ga je een powerpoint of prezi tonen of maak je liever een documentaire? Wil je met de klas een locatie bezoeken (heel tijdig aangeven!)? Ga je een maquette bouwen of een expositie houden?   

7. David: vragen

Heb je ondanks al het bovenstaande nog gerichte vragen aan je docent? Zit je nog te twijfelen tussen verschillende opties en heb je behoefte aan advies? Stel dan hier je vragen.   

1. Esmee en Fabienne: eerste oriëntatie


Zolang je nog geen vastomlijnd idee hebt over wat je met je meesterproef wilt doen, kun je hier een aantal interessegebieden noteren. Kijk goed naar het aanbod van de verschillende kunstinstellingen, theaters, bioscopen e.d. om inspiratie op te doen. Welke disciplines (toneel, film, muziek, mode, dans, enz.) zou je in je meesterproef willen betrekken en welke onderwerpen (bijvoorbeeld oorlog, verboden liefde, eten en drinken, reclame, reacties van publiek/omwonenden, …) trekken je belangstelling? Je docent en klasgenoten kunnen reageren en je suggesties doen, als je dat wilt.